Marcel Liebman

20 augustus 1940: Trotski vermoord [1]


Geschreven: augustus 1965
Bron: Rood, tijdschrift van de Socialistische Arbeiderspartij, Belgische afdeling van de Vierde internationale, nr. 47, jg. 54, 2010
Vertaling: onbekend
Transcriptie/HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
| Hoe te citeren?

Laatst bijgewerkt:


Verwant:
Leon Trotski-archief
Jozef Stalin-archief
Documenten van de Linkse Oppositie

Bij het begin van de 20ste eeuw twijfelden weinig Europese socialisten eraan dat de machtsgreep door het proletariaat en de afschaffing van het kapitalisme aan de orde waren in een nabije of zelfs onmiddellijke toekomst. De eeuw waarin we leven is in zeker opzicht de geschiedenis van een tragische ontgoocheling: ondanks diepe crises en grote omwentelingen, ondanks twee wereldoorlogen, en ondanks aan de andere kant soms heldhaftige pogingen om zijn vernieuwende en revolutionaire wil op te leggen, heeft het proletariaat de kolos niet kunnen omver werpen.

De nederlagen van een klasse gaan gepaard met het lijden van de massa’s en van hun verdedigers en woordvoerders. Het is alsof deze collectieve tragedies slechts kunnen overleven in het geheugen dankzij de beroemde namen: Jaurès vermoord aan de vooravond van het slachtveld van 1914-1918; Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht afgemaakt in januari 1919, na de wapenstilstand. Eén van de grootste hedendaagse socialisten, Leo Trotski is twintig jaar later gevallen, als slachtoffer van een misdadiger, in Coyoacan, Mexico.

Een revolutionair leven

Op dinsdag 20 augustus 1940 komt een agent van de GPOe, Jacques Mornard – zijn echte naam was Ramón Mercader – binnen in de werkkamer van Trotski. Hij had het vertrouwen gewonnen van de grote revolutionair en diens vrienden. De moordenaar overhandigde aan zijn slachtoffer een pak getypte bladzijden ter goedkeuring. Trotski kreeg niet de tijd dit helemaal te lezen: een krachtige slag met een ijspik sloeg de oude vechter neer. Hij bleef zich verzetten: “Met een verbrijzelde schedel en een bloedend gezicht sprong Trotski op, hij gooide met alles wat hij onder handen had, boeken, een inktpot, ... en wierp zichzelf op hem ... hij vocht als een tijger, klampte zich vast aan de moordenaar, beet in zijn hand en ontrukte hem de ijspik.”[2]

Trotski werd naar het ziekenhuis gebracht en twee uur later getrepaneerd, hij bood nog vierentwintig uren weerstand. Hij stierf de volgende dag, op 21 augustus 1940. Hij was 61 jaar. Eenenzestig jaar leven als socialistische militant, marxistisch theoreticus, revolutionair strijder – hij, de overwinnaar van oktober – daarna politieke banneling, een man die overal werd opgejaagd door de agenten van een Staat aan wiens geboorte hij had bijgedragen.

Hij was geboren in 1879 in het Oekraïense dorp Yanovka, zijn ouders behoorden tot de Joodse kleinburgerij en in de latere confrontatie met Stalin zal dit feit ook tegen hem gebruikt worden: niemand twijfelt er nog aan dat het antisemitisme een van de vele wapens is geweest in Stalins arsenaal. Op 18 jaar wordt Trotski lid van een groep revolutionaire socialisten, een vurige antitsaristische partij, nog vervuld met de oude populistische dromen van kleinburgerij en boeren. Trotski – toen gewoon Lev Davidovitsj Bronstein – zal al vlug marxist worden en lid van de Russische sociaaldemocratie. Hij wordt in 1898 aangehouden, verblijft twee jaar in de gevangenis en wordt dan naar Siberië verbannen, hij was nog geen twintig jaar! In 1902 kan hij ontsnappen naar West-Europa, hij ontmoet er Lenin en neemt deel aan de organisatie en de ontwikkeling van het Russische socialisme.

Tot in 1917 zal Trotski proberen de meningsverschillen tussen de bolsjewieken rond Lenin enerzijds en de mensjewieken, die voorstanders waren van een meer legalistische koers en van een westers partijmodel, anderzijds, te overstijgen. De disputen tussen de Russische revolutionairen tijdens die lange jaren in ballingschap waren vaak zeer scherp. De verwijten van Trotski getuigden meer van polemisch talent dan van politiek inzicht, hij verweet Lenin dat hij een gemilitariseerde partij wilde oprichten en dat hij vergleed naar ‘jacobinisme’. Zijn bezwaar tegen de mensjewieken was dat ze meer en meer overhelden naar het reformisme. Trotski daarentegen pleitte voor de “permanente revolutie”, vanuit de analyse van een idee en een formule die Marx zelf had gebruikt.

Dankzij de “generale repetitie van 1905”, keert hij terug naar Rusland en wordt hij verkozen, op 25 jarige leeftijd, tot Voorzitter van de Sovjet van Sint-Petersburg. Opnieuw wordt hij aangehouden en verbannen naar Siberië en opnieuw kan hij naar Europa vluchten waar hij een leven van revolutionaire banneling hervat.

Oktober en het Rode Leger

Tijdens de oorlog van 1914-1918 bestrijdt Trotski uit alle macht de socialisten die geplooid hadden voor de vaderlandsliefde en het imperialisme. Hij nam deel aan het congres van Zimmerwald (september 1915) en van Kiental (april 1916) waar de kiem van de IIIde Internationale ontstaat. Hij wordt wegens zijn activiteiten uit Frankrijk gezet, verbannen naar de Verenigde Staten, aangehouden door de Britse overheid wanneer hij probeert naar Rusland terug te keren na het uitbarsten van de Februarirevolutie. Na zijn terugkeer in Petrograd zal zijn revolutionair genie tot volle ontplooiing komen.

In juli 1917 wordt hij lid van de bolsjewistische partij en – ondanks alle vroegere meningsverschillen – ontpopt hij zich tot een van haar belangrijkste leiders. Hij was in de eerste plaats de organisator van de Oktoberopstand. Herlees hierover de beroemde reportage van John Reed Ten Days that shook the World, Trotski is overal, hij schrijft, houdt meetings, conferenties, coördineert, leidt, polemiseert met tegenstanders, organiseert de revolutionaire krachten.

Deze nieuwkomer in de Partij van de proletarische voorhoede werd al gauw net zoals Lenin vereenzelvigd met de leiding, alleen hij en de oprichter van de bolsjewistische partij vertegenwoordigden in de ogen van de Russische arbeidersklasse, van Europa en van de vijandige, haatdragende maar gefascineerde buitenwereld, het nieuwe regime. Stalin zelf moest (op een moment dat zijn legertje geschiedenisvervalsers nog niet in beweging was gekomen om de geschiedenis te beknotten, te verminken en te vervalsen) in een artikel in de Pravda van 6 november 1918 erkennen, dat “al het praktische organisatorische werk van de opstand gebeurde onder de leiding van Trotski, voorzitter van de Sovjet van Petrograd. Men kan met zekerheid stellen dat de vlugge overloop van het garnizoen naar de kant van de Sovjet, te danken was aan het handige organisatorische werk van het revolutionair oorlogscomité, de partij heeft dat in de eerste plaats aan Trotski te danken.”[3]

Dan kwam Brest-Litovsk. Trotski leidde de Sovjetdelegatie belast met de vredesonderhandelingen met Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Hij gebruikte zonder enige schroom alle trucs om die onderhandelingen te rekken in de hoop dat er ergens in Europa een revolutie zou uitbarsten. Dat bleek vergeefs. Op 4 maart 1918 moesten de bolsjewieken de harde voorwaarden van de twee centrale Rijken aanvaarden. Dat veroorzaakte een zeer zwaar conflict binnen de bolsjewistische partij: Lenin, in zijn rol van realistisch staatshoofd, pleitte voor een onvermijdelijke vrede; “links” eiste een revolutionaire oorlog tegen Duitsland, terwijl Trotski een ongelukkige gok verdedigde, die bijna lukte; hij was voor de formule noch oorlog, noch vrede.

De burgeroorlog ontketend door de gewelddadige oppositie tegen de nieuwe Sovjetmacht, wordt aangewakkerd met het einde van de wereldoorlog. In het binnenland wordt de revolutionaire regering aangevallen door witte generaals, vanuit het buitenland door Japanse, Franse, Britse en Tsjecho-Slowaakse troepen. Ze staat verschillende keren op het punt te verliezen, niemand geloofde echt in haar overlevingskansen. Niemand behalve de soldaten van het Rode Leger geleid door Trotski die nu militaire chef is geworden en dat zal blijven tot de overwinning. Dan komt er, met de episode van Kronstadt en de NEP, een eerste pauze na de heldhaftige uren van revolutionaire veroveringen. Rusland, uitgeput door de oorlog en de buitenlandse interventie, door de economische rampzalige situatie en de hongersnood, kon voor de heropbouw enkel nog rekenen op een bolsjewistische partij die ook verzwakt was door de gedane offers en de verantwoordelijkheden die ze op zich moest nemen. Verontrustende tekenen van bureaucratische verwording komen aan het licht en ontwikkelen verder. Lenin zal hiertegen, met verzwakkende gezondheid, blijven vechten tot het uiterste.

Lenin is nauwelijks van het politieke toneel verdwenen of vijanden van Trotski vormen tegen hem een bondgenootschap. Alle peripetieën van deze onverbiddelijke, oneerlijke en perfide strijd weergeven is niets anders dan de beschrijving van de geboorte en de ontwikkeling van deze echte “kinderziekte van het communisme”, van de stalinistische Staat.

Levend vermoord

Tegen een ontketende bureaucratie en een steeds machtiger politie, tracht Trotski tot in 1927 de inwendige democratie in de Partij te herstellen. Hij wil de politiek die zich op buitenlands vlak beperkte tot consolidatie en terugplooiing, heroriënteren. Zijn vijanden haalden de overhand. Uitgesloten uit de Partij in december 1927, verbannen naar Alma-Ata in Kazachstan in januari 1928. Op duizenden kilometer van het politieke centrum, toch wordt hij nog te gevaarlijk geacht; hij wordt uit de USSR verjaagd in februari 1929. Tot november 1932 verblijft hij op Prinkipo, een verloren eilandje in de zee van Marmara.

Verbanning en vervolging, en daarbij ook niet te vergeten, de lafheid van alle regeringen die hem politiek asiel weigeren. Ze verjagen hem eerst uit Frankrijk (via een omwegje langs Antwerpen waar de Belgische autoriteiten hem verbieden aan land te komen), dan uit Noorwegen om uiteindelijk in Mexico terecht te komen.

Ook de Linkse Oppositie binnen Rusland, die Trotski als haar leider beschouwt, delft het onderspit geconfronteerd met willekeur, laster en geweld. Trotski wordt door alle agenten van Stalin vervolgd: door moordenaars en door “historici” die hem moesten beschimpen. En dat terwijl miljoenen communistische militanten bedrogen worden en geloof hechten aan de stroom leugens over Trotski en over de andere slachtoffers van de terreur: terroristen en spionnen zijn het, lakeien van de bourgeoisie en collaborateurs van de Gestapo en de Intelligence Service.

Rechtsreeks en onrechtstreeks worden zijn kinderen – twee zonen en twee dochters – slachtoffer van deze vervolging. Zijn nauwste medewerkers worden vermoord: acht secretarissen worden achtereenvolgens geliquideerd door moordenaars die soms vermomd waren als “teleurgestelde trotskisten” of wraaknemers.

Vijfentwintig jaar geleden, dag op dag, werd deze reeks misdaden bekroond door de moord op de “Oude” zelf. Zijn weduwe is getuige geweest van zijn roem, zijn overwinningen, zijn nederlagen en van de moord. Ze heeft hem tot in 1961 overleefd.

Dat is, in het kort, het leven van Trotski, de gewapende, ontwapende en tenslotte verbannen en vermoorde profeet, zoals zijn meest beroemde biograaf Isaac Deutscher het uitdrukte. Trotski was de laatste vertegenwoordiger in chronologische volgorde – en samen met Mao Zedong – van de meest gekende militanten die getracht hebben van het socialisme een levende realiteit te maken.

Trotski leeft vandaag in de herinnering, in levendige discussies, in verrijkende studies. Hij is meer inspirerend en aanwezig dan diegene die overwon. Deze laatste is weggenomen uit het mausoleum dat door de bureaucratie op het Rode plein werd gebouwd.

Tot zover Trotski, maar hoe staat het nu met het “trotskisme”?

“Trotskisme” tussen mythe en werkelijkheid

“Moet ik het nog eens herhalen” zo schreef Trotski in 1929, “dat ik nooit heb beweerd en nooit beweer dat ik een bijzondere doctrine heb geschapen?” Hij had gelijk. Als ideologie bestaat het trotskisme niet. Zinovjev heeft ooit toegegeven dat op het moment van de “troïka”, de ogenschijnlijk collectieve leiding van Stalin, Zinovjev en Kamenev (1923-1925), het trotskisme door de vijanden van Trotski was uitgevonden.

Het “trotskisme” is het resultaat van een dubbele leugen vanwege de stalinistische propaganda.

In haar politionele visie op de geschiedenis heeft ze eerst geprobeerd het trotskisme als een terroristische organisatie voor te stellen, een organisatie die gauchistisch en fascistisch was, revisionistisch en avonturistisch en daarna als een kwaadaardige theorie van opstand ten allen prijze en van haat tegen de boeren. Al die beweringen en halve waarheden werden al gauw duidelijk leugens. Laten we het trotskistisch complot en Trotski als agent-van-de-Gestapo-en-van-de-Intelligent-Service-saboteur-en-moordenaar vergeten. Zelfs de meest achterlijke stalinisten geloven dat niet meer en ze proberen die dommigheden die effectief werden verspreid, te vergeten. Maar de politieke beschuldigingen en mythes leven langer.

Trotski een vijand van de boeren? Hoe valt dat te rijmen met het feit dat hij vanaf 1905 voorstander was van het bondgenootschap tussen het industrieel proletariaat en dat van het platteland om samen te vechten tegen het tsarisme en het socialisme in te stellen? Met het feit dat hij het Rode Leger leidde waarin de boeren zeer talrijk, zoniet in de meerderheid waren? Met het feit dat hij tegen de door Stalin uitgevoerde gedwongen en gewelddadige collectivisering op het platteland was, collectivisering die zoveel onnodig leed in de USSR heeft veroorzaakt? Wat wel juist is, is dat Trotski als marxist geloofde, om het met zijn eigen woorden te zeggen, dat “de geschiedenis van het kapitalisme de geschiedenis is van de onderwerping van het platteland aan de stad” en dat in het bondgenootschap tussen arbeiders en boeren, de dominerende rol door de arbeiders moest gespeeld worden.

Trotski voorstander van de opstand-ten allen-prijze, van avonturisme en putchisme? Wie dat gelooft, ontkent de werkelijkheid, wat natuurlijk een gemakkelijke gewoonte is geworden. Avonturier wanneer hij zich in 1920, tegen Lenins mening in, verzet tegen de Polencampagne eindigend met de terugtrekking van de Russische troepen? Wanneer hij zich tegen de mislukte revolutionaire pogingen van de Duitse communisten verzet tussen 1921 en 1923? Die herhaaldelijk waarschuwt tegen de illusie van een nakende ineenstorting van het kapitalisme? Wat men “avonturisme van het trotskisme” noemt is niets anders dan een duidelijk besef van de beperkingen van een louter “democratisch” programma uit diplomatieke berekening en niet uit een noodzakelijke voorzichtigheid, en de wil om de acties van de massa’s niet te breken wanneer zij in beweging komen. Het stalinistisch alternatief voor dit avonturisme kennen we: een walgelijke hutsepot van nu eens revolutionaire, dan weer vaderlandslievende terminologie, die altijd opportunistisch is en moeilijk zijn afwachtende politieke houding verbergt, die verkalkt is en totaal ondoeltreffend.

Haat en misprijzen voor de boeren, onverantwoordelijk avonturisme, dat is precies wat het “trotskisme” niet is. Maar wat is het dan wel? Niets anders dan trouw aan het revolutionaire marxisme. Drie begrippen komen naar voor uit de rijke theoretische werken van Trotski: de permanente revolutie, het internationalisme en, als reactie tegen de verwoestingen van het stalinisme, een serieus marxisme.

Het idee van de permanente revolutie verdient een uitgebreide en aandachtige analyse. Het komt er kort gezegd op neer dat de wil om de burgerlijke fase van de revolutie te overstijgen en, in een quasi continu proces, de socialistische fase aan te vatten, de taak is van de arbeidersklasse. Het marxisme van Trotski kwam anderzijds naar voor in zijn internationalisme. De chauvinistische geestvervoering van het stalinisme, nagebootst door zijn volgelingen in andere delen van de wereld, was hem volledig vreemd. Hij erkende inderdaad de noodzaak van een “staatspolitiek” vanwege de Sovjet-Unie en van diplomatieke middelen, maar zoals Isaac Deutscher schrijft, hij was van oordeel dat “diplomaten met bestaande burgerlijke regeringen moeten omgaan ... maar het is aan de revolutionairen om die omver te werpen”[5] Daarom legde hij tevergeefs zo sterk de nadruk op een duidelijke scheiding tussen de rol van de Communistische Internationale en die van de Sovjetstaat.

Tenslotte is er het derde kenmerk van de “ideologie” van Trotski: zijn gehechtheid aan een ernstig, aan een eerlijk marxisme. Dat betekende concreet dat er objectief, maar natuurlijk onvermijdelijk geëngageerd, onderzoek moet gebeuren naar de reële economische en politieke ontwikkelingen en de klassenstrijd. We moeten hier nogmaals benadrukken dat Trotski, ook in uitvallen en polemieken, trachtte te begrijpen en te analyseren, volgens de schema’s van het marxisme. Zijn objectieve houding betekende niet een gemakkelijke positie van de weigering om stelling te kiezen, maar zij was het kenmerk zelf van zijn engagement. Deze eerlijkheid en objectiviteit kwam het meest duidelijk naar voor in augustus 1939. Hij verdedigde toen het recht voor de USSR en voor zijn aartsvijand Stalin, om een non-agressiepact met nazi-Duitsland te tekenen en hij erkende voor de USSR het recht om Finland aan te vallen in het perspectief van een onvermijdelijke confrontatie met datzelfde Duitsland.

Maar vooral op het einde van zijn leven, vaak tegen zijn eigen strijdmakkers in, verdedigde hij dat de Sovjet-Unie, ondanks het stalinisme, een arbeidersstaat was die onvoorwaardelijk moest verdedigd worden. Dat is het ernstige marxisme van Trotski. Het is nutteloos dat te vergelijken met het misselijke mengsel van liturgische formules, duivelse beschimpingen en steriel dogmatisme van het stalinisme.

Natuurlijk had Trotski ook zwakheden. Hij was een krachtig denker, een schitterend schrijver, een buitengewone organisator, een uitzonderlijk spreker, een ongeëvenaarde revolutionaire leider. Maar hij blijkt toch een zwak politieker geweest te zijn, want hoewel hij torenhoog op al deze domeinen boven zijn rivaal Stalin uitstak, bleek hij totaal ontwapend op het vlak van de tactiek. Het is ook niet moeilijk ons vragen te stellen bij zijn visie op de evolutie van de Sovjet-Unie en de natuur van het stalinisme. Hij heeft zeker ten onrechte zijn vijand onderschat, als “de grootste middelmatigheid van de partij”[6]. Misschien onderschatte hij de mogelijkheden voor een geleidelijke industrialisatie van de USSR waarvan hij een van de eerste pleitbezorgers was[7]. Hij heeft fouten toegegeven, van andere fouten was hij zich niet bewust.

Maar met zijn fouten en zwakheden, bleef Trotski trouw aan zijn revolutionaire roeping. Enkele maanden voor zijn dood schreef hij waardig: “In de drieënveertig jaar van mijn bewust leven, heb ik gevochten onder de banier van het marxisme. Indien ik alles zou herbeginnen, zou ik trachten deze of gene fout te vermijden, maar de hoofdlijn van mijn leven zou ongewijzigd blijven. Ik zal als een proletarische revolutionair sterven, als marxist en aanhanger van het dialectisch materialisme en dus als onwrikbare atheïst. Ik geloof nog even vurig in de communistische toekomst van de mensheid; dat geloof is nu nog sterker dan in mijn jeugd.”[8]

Terwijl de oude strijder, verzwakkend maar beginselvast, dit schreef, scherpte de moordenaar zijn wapen. Hij vermoordde Trotski op 20 augustus 1940. Net 25 jaar geleden ...

_______________
[1] Naar aanleiding van de 70ste verjaardag van de moord op Leon Trotski, publiceren we opnieuw een artikel geschreven door Marcel Liebman voor La Gauche van augustus 1965.
[2] Le prophète hors-la-loi, Isaac Deutscher, p.669.
[3] Geciteerd door Trotski (La Révolution défigurée) in De la Révolution, Paris, éd De Minuit, 1963.
[4] E.-H. Carr. The Bolshevik Revolution, vol III, p.144.
[5] Le prophète désarmé, Isaac Deutscher, p.436.
[6] Ma Vie. Trotsky, p.518.
[7] In die tijd vond Stalin dat Rusland evenmin nood had aan een elektrische centrale als een boer aan een platendraaier.
[8] Geciteerd door Isaac Deutscher in Le prophète hors-la-loi, p.636.



een rode leeszetel Lezen
Marxistisch Internet Archief
Algemeen Archief
Selectie marxisten
Documenten
Filosofie
Thema’s
Arbeidersbeweging
Woordenboek
Wat ?
Wat is marxisme
Over ons
Andere talen
Auteurswet
Citeren
Disclaimer
Doen
Zoeken
Nieuwe teksten
Werk mee
Contact
Reclame

RSS